Geen bewijs, dan geen indicatie

De soap rond de hoogverdunde middelen nadert zijn einde. De Raad van State heeft geoordeeld dat de overheid volledig in haar recht staat als ze het beginsel ‘geen bewijs, dan geen indicatie’ voor hoogverdunde middelen handhaven. De verkopers en fabrikanten sputteren tegen, maar minister Schippers (foto) houdt stand. Wat zij vindt van de overdaad aan homeopathische middelen in de apotheken bracht zij duidelijk onder woorden in een videoboodschap tijdens een recent VtdK-congres.

Het begon allemaal met een Europese richtlijn in 2001. De EU had, op aandringen van fabrikanten en hun lobby’s, goed gevonden dat homeopathische middelen als ‘geneesmiddel’ werden verkocht. Meer in het bijzonder ging het om hoogverdunde middelen. Als er in feite niets in zo’n middel zit hoefde de werkzaamheid niet te worden aangetoond, maar mocht er ook geen ‘specifieke therapeutische indicatie’ op het etiket staan en moest er op het etiket staan ‘homeopathisch geneesmiddel zonder goedgekeurde therapeutische indicaties’ . Voor andere homeopathica dan hoogverdunde middelen golden de gewone regels: goedkeuring alleen met echte bewijzen.

Meer lezen