Jacqueline Starck bedrogen over borstkanker

jacqueline met dochter nathalie

Jacqueline Starck (1947-2007) uit Brussel stierf net als Millecam aan onbehandelde borstkanker binnen twee jaar nadat ze een knobbeltje in haar borst had gevoeld. Analoog aan het geval Millecam had ze zich door alternatieve genezers laten vertellen dat ze geen borstkanker had, en daarom was ze ook niet naar het ziekenhuis gegaan om een medische diagnose te laten stellen. Toen ze, veel te laat, ontdekte hoezeer ze bedrogen was, bezwoer ze haar dochter, de journaliste Nathalie De Reuck om de bedriegers aan de kaak te stellen.

Haar dochter schreef een boek getiteld On a tué ma mère: Face aux charlatans de la santé, dat begin 2010 verscheen. De Franstalige tv in België wijdde er in december 2009 een reportage aan: Mort biologique sur ordonnance téléphonique, 2 december 2009, in het programma Tout ça. In het programma zijn ook interviews met de boosdoeners. Er is ook aangifte gedaan.

Hoe kon het zover komen?

Jacqueline was wegens enkele aanvallen van duizeligheid bevreesd geworden om buitenshuis te komen. Toen ze het knobbeltje gevoeld had, vroeg haar dochter meteen een bevriende arts om raad. Zo iets kleins (minder dan twee centimeter, niet pijnlijk en niet met het blote oog zichtbaar) kon van alles zijn, maar moest wel meteen worden onderzocht. Als het kanker zou zijn dan had Jacqueline met optimale behandeling in dat stadium een kans van 85 procent om na vijf jaar nog in leven te zijn, zo verklaarde dokter Anna. Als een tumor van een langzaam groeiend type is en ook nog gevoelig voor hormoontherapie, dan zijn de kansen nog aanzienlijk beter. Hoe dan ook, na nauwkeurig onderzoek in het ziekenhuis kan de dokter er meer over vertellen.
Jacqueline Starck

Maar Jacqueline (jeugdfoto rechts) zag kennelijk zo op tegen buitenshuis gaan dat ze haar vertrouwde osteopaat ‘Denis G.’ (niet de echte naam) om raad vroeg. Denis kwam al tien jaar bij haar aan huis, wat ze erg fijn vond, want artsen of genezers die op huisbezoek willen komen bij iemand met pleinvrees zijn er niet zoveel. Behalve osteopaat was hij ook toegepast kinesioloog. Misschien dacht Jacqueline dat hij kinesitherapeut was, dat is wat wij in Nederland een fysiotherapeut noemen. In elk geval wist haar dochter niet beter. Een toegepast kinesioloog is echter iemand die denkt dat hij met spiertesten diagnoses kan stellen, gewoon een kwakzalver dus. Denis was kennelijk ook een aanhanger van de ideeën van Ryke Geerd Hamer, een gevaarlijke Duitse kwakzalver, die inmiddels uit de artsenstand is gezet en die al een paar gevangenisstraffen achter de rug heeft, en wiens sekte al meer dan 140 slachtoffers heeft gemaakt. Geheel in lijn met de leer van Hamer en zei Denis dat het om een cyste ging die een uiting was van een conflict met Jacquelines man. Dat is de leer van de zogeheten Biologie Totale des Etres Vivants (BTEV), een sekte onder leiding van de Franse arts en Hamer-sympathisant Claude Sabbah (1947-; hij liet zich in 1998 uit de Franse artsenorde schrijven) Jacqueline geloofde haar osteopaat meteen.

Het is niet goed te begrijpen waarom Jacqueline zo lichtgelovig was, maar ze had al veel ervaring met artsen die allemaal onmachtig waren geweest om haar duizeligheid, hoofdpijn en pleinvrees te hehandelen. Ze was als diep gelovige katholiek zelfs al diverse malen daarvoor door een exorcist ‘behandeld’.

Jacqueline kreeg via de alternatieve dierenarts van haar hondje ook contact met genezeres ‘Brigitte E.’, toegepast kinesioloog, homeopate, wichelroedeloopster en kaartlegster in de Perigord en op Brigittes advies werd ook een zekere ‘Willy Z.’, een Belg die in de Auvergne woonde, bij de ‘behandeling’ betrokken. Deze man was heel goed in het afweren van magische krachten en het vergroten van de psychische lichaamsenergie. De contacten met deze twee gingen per telefoon. De osteopaat deed aan lymfedrainage, familieopstellingen volgens Hellinger en schreef op basis van spiertesten Bach-bloesemtherapie voor. Brigitte gebruikte een pendel om homeopathie voor te schrijven; ze liet zich geregeld betalen in contanten die per post verzonden moesten worden. Alle drie raadden de reguliere geneeskunde sterk af.

Jacqueline ging snel en sterk achteruit. Maar de drie genezers legden elk nieuw symptoom uit als een teken van verbetering; het lichaam was bezig zichzelf te reinigen. Dit is een terugkerend thema bij kwakzalvers: als het slachtoffer steeds beroerder wordt, zeggen ze dat dat een teken van genezing is. Ze bevalen nog andere genezers aan, een iriscopist, een toegepast kinesioloog, een chakra-deskundige en een aardstralendeskundige die voor 350 euro het appartement ontsmette. Van weer andere therapeuten hoorde ze dat pao pereira en MORA-therapie zo goed zou zijn, enzovoorts. De genezers gaven slechte familie-invloeden de schuld, en Jacqueline kreeg ruzie met haar dochter. Die zocht hulp bij de homeopathische arts B., die toch – als arts – bonafide zou moeten zijn. Deze bleek later een belangrijke figuur in de Belgische afdeling van Biologie Totale te zijn!

Tegen januari 2007 was de toestand van Jacqueline verschrikkelijk. Ze kon niet goed meer ademen, haar bovenlichaam en nek waren bedekt met knobbels van opgezette klieren zodat ze haar hoofd niet meer kon bewegen, en talloze adertjes waren zichtbaar zodat het was alsof ze bedekt was met een paars spinrag. De linkerborst was veranderd in een griezelige klont die zich tot de oksel uitstrekte, met een stinkend, pussend en korsterig gat van twintig centimeter breed waar de tepel geweest was, haar hele linkerarm was enorm opgezwollen met hier en daar geïnfecteerde barsten in de huid, en de pijn werd steeds erger. Willy adviseerde om uien op de wond te leggen. Brigitte zag meer in druppels citroensap op de open wond! De osteopaat zei dat hij trots op haar was dat ze thuis wilde sterven en in harmonie en vrede aan Gene Zijde een nieuwe weg wilde inslaan.

Toen Nathalie daarop voor de zoveelste keer haar moeder aanspoorde om naar het ziekenhuis te gaan, protesteerde ze: ‘Je weet toch dat ik dood zal gaan in het ziekenhuis? Willy zegt dat je een hekel aan me hebt, en hij heeft gelijk!’ Eindelijk stemde Jacqueline er op 17 april 2007 in toe om naar het ziekenhuis te gaan. De genezers verweten haar dat ze gewoon ziek wilde zijn en verbraken het contact (later kreeg Willy zelf een hersentumor, waarop hij zich spoorslags bij het ziekenhuis meldde, en ook zei dat Jacqueline hem besmet had, en hem bovendien nog veel geld schuldig was). Het is moeilijk voorstelbaar, maar pas na het microscopisch onderzoek van het ziekenhuis geloofde Jacqueline dat ze inderdaad kanker had. De genezers hadden al die tijd gezegd dat ze geen kanker had, alleen de symptomen van kanker.

Jacqueline was verbijsterd en woedend en vroeg Nathalie, om het allemaal op te schrijven en er werk van te maken. Ze had alle telefoongesprekken uit gewoonte opgenomen en een dagboek bijgehouden. Op de band was goed te horen welke baarlijke onzin de genezers verkochten.

Op 13 juni 2007 overleed Jacqueline, ongeveer anderhalf jaar nadat ze dat knobbeltje bij zichzelf had gevoeld. Nathalie ging op onderzoek uit en bezocht ook met de verborgen camera en hulp van de RTBF de genezers. Ze ontkenden glashard dat ze Jacqueline elke therapie ontraden hadden.

In Skepter 23.1 (net verschenen) staat het verhaal van Willeke Leuver, die weliswaar wist dat ze kanker had, maar al voor ze enige klacht had, ervan overtuigd was geraakt dat de irreguliere genezers en criminelen als Hamer het allemaal veel beter weten dan gewone artsen. Net als in het geval Millecam denk ik dat de ware verantwoordelijken de genezers zijn, met hun bedrieglijke verhalen.

Volgende blogartikel
Voorgaande blogartikel

5 gedachten over “Jacqueline Starck bedrogen over borstkanker”

  1. Een ding begrijp ik niet, en eigenlijk ook niet bij Sylvia Millecam. De pijn moet toch maandenlang gruwelijk geweest zijn, afgaande op de beschrijving. Waarom drijft dat iemand niet naar huisarts of ziekenhuis, al was het alleen maar om daar om morfine te bekomen ?

  2. In geval van Jacqueline Starck is het duidelijk. Ze was al wegens haar pleinvrees al heel lang bevreesd om uit huis te gaan. Zelfs de uiteindelijke gang naar het ziekenhuis werd uitgesteld om allerlei redenen. Toen ze uiteindelijk ging kreeg ze in de auto opeens een paniekaanval en dacht dat ze flauw zou vallen.

    Gedurende al haar contacten met Denis, Willy en Brigitte werd ze gestijfd in het idee dat het ziekenhuis maar tot de dood leidt.

    Hoe het was bij Millecam weet ik niet. Ik stel me voor dat als het ongemak en de pijn geleidelijk toeneemt, men er op de een of andere manier aan went. Millecam had waarschijnlijk al een bepaald idee over wat de dokter zou zeggen als ze daar kwam. Maar echt snappen doe ik het niet.

  3. (…)Toen Nathalie daarop voor de zoveelste keer haar moeder aanspoorde om naar het ziekenhuis te gaan, protesteerde ze: ‘Je weet toch dat ik dood zal gaan in het ziekenhuis?'(…)

    Het meest tragische aan beide zaken vind ik dat zowel Jacqueline als Sylvia pas zijn overleden na opname in het ziekenhuis. Voor de zichzelf vrijpleitende alternatieve genezers opnieuw een onweerlegbaar bewijs dat maar weer eens aantoont hoe gevaarlijk ziekenhuizen zijn…

  4. De ervaringen van Jacqueline Stark, Willeke Leuver en Sylvia Millecam zouden de lezer het idee kunnen geven dat onbehandelde borstkanker binnen circa twee jaar fataal is. Dat is niet correct.

    Bij de bespreking van een dergelijk geval (Kim Tinkham) door David Gorski op het Science-Based Medicine-blog van 6 december 2010

    http://www.sciencebasedmedicine.org/?p=8745

    geeft Gorski een grafiek van de overlevingskansen van onbehandelde borstkanker (alternatieve behandeling zoals de bovengenoemde vrouwen telt natuurlijk niet mee als serieuze behandeling):

    na 1 jaar 86%
    na 2 jaar 66%
    na 3 jaar 44%
    na 4 jaar 28%
    na 5 jaar 18%
    na 7 jaar 9%
    na 10 jaar 3,6%
    na 15 jaar 0,8%

    Na 2,7 jaar is de helft van de patiëntes dood.

    Statistiek gebaseerd op 250 gevallen in een Engels ziekenhuis in de periode 1803-1933.

    E.e.a. overgenomen hiervan:
    http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC1925646/

    Iets vereenvoudigd: na het eerste jaar sterft elk jaar ongeveer 1/3 van degenen die nog in leven zijn.

    Borstkanker is niet een enkele ziekte, in sommige gevallen is de kanker langzaam groeiend, en in andere gevallen snel en met veel uitzaaiingen.

Reacties zijn gesloten.